
Introductie
Vallen is één van de meest voorkomende oorzaken van letsel bij ouderen en mensen met een verminderde balans of spierkracht. Een goed valpreventieprogramma richt zich op beweging, balans, omgeving en bewustwording. Met dagelijkse oefeningen en praktische tips kun je het risico op vallen aanzienlijk verkleinen.
🩺 Interventieprogramma’s (valpreventie)
Hieronder vindt u een overzicht van praktische interventies die bijdragen aan het verminderen van het valrisico bij ouderen. Elk onderdeel richt zich op een ander aspect van veiligheid, stabiliteit en zelfredzaamheid.
Waarom belangrijk:
- Veel vallen gebeuren doordat mensen zich niet bewust zijn van hun risico’s of van situaties waarin vallen kan optreden.
- Educatie helpt ouderen en zorgverleners gevaren vroegtijdig te herkennen en preventieve maatregelen te nemen.
- Het vergroot het zelfvertrouwen en stimuleert het actief volgen van oefeningen en veiligheidsmaatregelen.
Wat het inhoudt:
- Voor ouderen: Informatie over veilig lopen, juiste schoenen, balans- en spiertraining, oogzorg en medicatie.
- Voor mantelzorgers en zorgverleners: Training in valrisico-inschatting, woningaanpassingen en signalering van risico’s.
- Praktische tips: Checklists, voorlichtingsmateriaal, workshops, en digitale modules zoals PWA’s met korte interactieve oefeningen.
Effect:
- Verhoogt de alertheid op dagelijkse risico’s, zoals gladde vloeren, trappen of obstakels.
- Stimuleert ouderen om actief deel te nemen aan preventieve programma’s.
- Ondersteunt zorgverleners bij het identificeren van kwetsbare personen en het bieden van passende begeleiding.
Belangrijk: Door bewustwording en educatie te combineren met praktische maatregelen zoals balans- en spiertraining, goede verlichting, veilig schoeisel en medicatiebeoordeling, wordt het risico op vallen aanzienlijk verkleind.
Reden: Angst om te vallen zorgt vaak voor minder beweging, waardoor spieren en balans achteruitgaan. Het aanpakken van valangst herstelt zelfvertrouwen en mobiliteit.
Reden: Sterkere spieren in benen en romp geven meer stabiliteit en helpen om beter te corrigeren bij een dreigende val.
Sterke spieren in benen, heupen en romp zijn de basis voor een stabiel en zeker looppatroon. Vooral bij ouderen en mensen met een verhoogd valrisico kan het trainen van spierkracht het verschil maken tussen vallen en in balans blijven. Dit oefenprogramma helpt je in 6 weken tijd om je spieren stap voor stap te versterken. De oefeningen zijn eenvoudig, veilig en geschikt om thuis uit te voeren, zonder speciale apparatuur.
Bezoek onze pagina “Spierversterkende oefeningen“
Reden: Valalarmeringssystemen zorgen dat er snel hulp beschikbaar is bij een val. Ze geven ouderen en hun omgeving meer zekerheid en verkorten de tijd tussen val en hulpverlening.
Wat zijn valalarmeringssystemen?
Valalarmeringssystemen zijn draagbare apparaten die automatisch een waarschuwing sturen wanneer iemand valt.
Ze kunnen gedragen worden als:
- Polsbandjes of horloges
- Hals- of sleutelhangertjes
- Sensoren in kleding of schoenen
Hoe werken ze?
Het apparaat detecteert een plotselinge val of abnormale beweging.
Bij een val wordt automatisch een alarm of notificatie gestuurd naar een familielid, mantelzorger of alarmcentrale.
Sommige systemen bieden ook handmatige alarmknoppen, zodat de gebruiker zelf hulp kan oproepen.
Waarom belangrijk:
Snelle hulp kan ernstige gevolgen van een val beperken, zoals letsel of uitdroging.
Geeft rust en zekerheid voor zowel de gebruiker als familie/mantelzorgers.
Ondersteunt zelfstandigheid, omdat ouderen langer veilig thuis kunnen blijven wonen.
Tips bij gebruik:
Kies een systeem dat comfortabel en gebruiksvriendelijk is.
Controleer dat het apparaat goed werkt met de meldkamer of mantelzorger.
Combineer met andere valpreventiemaatregelen zoals balans- en spiertraining, veilig schoeisel en woningaanpassingen.
Belangrijk: Een valalarmeringssysteem voorkomt de val zelf niet, maar kan de gevolgen ervan significant beperken en de reactietijd van hulpverleners verkorten.
Duur: Doorlopend gebruik; controleer maandelijks of het apparaat goed functioneert en draag het dagelijks, vooral binnenshuis en ’s nachts.
Reden: Goed passend schoeisel met antislipzolen vermindert het risico op uitglijden en ondersteunt de stabiliteit bij lopen. Slecht passende of gladde schoenen verhogen juist het valrisico.
Waarom belangrijk:
- Slecht passend schoeisel kan leiden tot struikelen, uitglijden of instabiliteit.
- Te losse schoenen, hoge hakken of gladde zolen verhogen het valrisico aanzienlijk.
- Het juiste schoeisel ondersteunt balans, voetpositie en comfort tijdens lopen of staan.
Kenmerken van veilig schoeisel:
- Goede pasvorm – de schoen moet goed aansluiten, zonder te knellen of te los te zitten.
- Stevige hiel – een iets verhoogde en stevige hiel geeft stabiliteit, voorkom zeer hoge hakken.
- Antislipzolen – rubberen zolen met profiel verminderen uitglijden op gladde vloeren of trappen.
- Sluiting of veter – veters, klittenband of elastische sluitingen zorgen dat de schoen goed blijft zitten.
- Stevige binnenzool – ondersteunt de voetboog en dempt schokken bij lopen.
- Geschikt voor binnen en buiten – bij voorkeur één paar schoenen voor binnenshuis met antislipzool en één paar voor buiten
Extra tips:
- Controleer regelmatig de zool en grip van schoenen; versleten zolen vervangen.
- Vermijd pantoffels of sokken zonder grip, zeker op gladde vloeren.
- Combineer goed schoeisel met andere valpreventiemaatregelen zoals balans- en spiertraining en voldoende verlichting.
Belangrijk: Goed passend, stabiel schoeisel is een van de effectiefste, eenvoudige maatregelen om het risico op vallen te verkleinen.
Duur: Doorlopend aandachtspunt; controleer elk seizoen of schoenen nog stevig, comfortabel en stroef genoeg zijn.
Reden: Goed zicht is cruciaal om obstakels en oneffenheden tijdig te zien. Slecht zicht door verkeerde brilsterkte of oogaandoeningen (zoals staar) verhoogt de kans op vallen.
Waarom belangrijk:
- Goed zicht is essentieel voor het herkennen van obstakels, traptreden en oneffenheden.
- Slecht zicht of onjuiste brilcorrectie kan leiden tot struikelen of misplaatsen van voeten.
- Leeftijdsgebonden oogziekten zoals staar (cataract), glaucoom of maculadegeneratie verhogen het valrisico.
Wat te doen:
- Laat minstens één keer per jaar een oogonderzoek uitvoeren door een optometrist of oogarts.
- Controleer of je bril nog de juiste sterkte heeft en of multifocale lenzen veilig zijn bij lopen of traplopen.
- Bespreek zichtproblemen met je huisarts, zeker als je vaker struikelt of bijna valt.
Combineer oogonderzoek met andere maatregelen zoals goede verlichting, markering van traptreden en balans- of spiertraining.
Belangrijk: Tijdig oogonderzoek kan veel vallen voorkomen en draagt bij aan een veiliger dagelijks leven.
Duur: Jaarlijks oogonderzoek door een optometrist of oogarts, of eerder bij klachten of veranderingen in het zicht.
Reden: Sommige medicijnen veroorzaken duizeligheid, slaperigheid of lage bloeddruk. Een regelmatige medicatiecheck helpt om het risico op vallen door bijwerkingen te verkleinen.
Veel ouderen gebruiken meerdere medicijnen tegelijk, zoals bloeddrukverlagers, slaapmiddelen of pijnstillers.
Sommige medicijnen kunnen bijwerkingen veroorzaken die het risico op vallen vergroten, zoals:
- Duizeligheid of licht gevoel in het hoofd
- Verminderde alertheid of sufheid
- Spierzwakte of balansproblemen
- Veranderingen in bloeddruk bij opstaan (orthostatische hypotensie)
Wat kun je doen:
- Laat regelmatig door de huisarts of apotheker je medicatie beoordelen, vooral als je meerdere medicijnen gebruikt.
- Vraag of sommige medicijnen anders kunnen worden gedoseerd of vervangen om bijwerkingen te verminderen.
- Noteer alle bijwerkingen die je ervaart en deel dit met je zorgverlener.
- Combineer medicatiebeoordeling met andere valpreventiemaatregelen, zoals balans- en spierversterkende oefeningen.
Belangrijk: Een goede medicatiebeoordeling kan het valrisico aanzienlijk verminderen en draagt bij aan een veiliger dagelijks leven.
Duur: Minstens één keer per jaar bij de huisarts of apotheker; extra beoordeling bij verandering van medicatie of nieuwe klachten.
🥗 Voeding in het kader van valpreventie
Reden: Voldoende inname van calcium, vitamine D en eiwitten versterkt botten en spieren. Goede voeding vermindert de kans op botbreuken bij een eventuele val.
Duur: Doorlopend; dagelijkse aandacht voor gevarieerde voeding en eventueel vitamine D-supplement (in overleg met de huisarts).
Waarom belangrijk:
- Sterke botten verminderen het risico op ernstige gevolgen bij een val, zoals botbreuken.
- Calcium en vitamine D zijn essentieel voor botopbouw en behoud van botdichtheid.
- Een gezond en gevarieerd dieet ondersteunt spierkracht, energieniveau en algemene gezondheid, wat indirect het valrisico verkleint.
Aanbevelingen:
- Calciumrijk dieet – melk, yoghurt, kaas, groene bladgroenten, noten en peulvruchten.
- Vitamine D – zonlicht helpt, maar bij ouderen of weinig zonlicht vaak ook supplementen nodig. Bespreek de dosering met de huisarts.
- Eiwitrijke voeding – vis, vlees, eieren en plantaardige eiwitten ondersteunen spierkracht en herstel.
- Hydratatie – voldoende water drinken voorkomt duizeligheid door uitdroging.
- Beperk alcohol – kan evenwicht en reactietijd verminderen.
- Gevarieerd en kleurrijk – voldoende groenten en fruit leveren antioxidanten en micronutriënten die bijdragen aan algemene gezondheid.
Extra tips:
- Combineer voedingsmaatregelen met spier- en balansoefeningen voor maximaal effect.
- Laat regelmatig je vitamine D- en calciumwaarden controleren, zeker bij ouderen.
- Gezonde voeding draagt ook bij aan een stabiel gewicht, wat het evenwicht ondersteunt.
Belangrijk: Een gebalanceerd dieet met voldoende calcium, vitamine D en eiwitten is een eenvoudige, effectieve manier om botten en spieren sterk te houden en zo het valrisico te verminderen.
Een veilige woonomgeving is één van de belangrijkste stappen om vallen te voorkomen. Veel valincidenten gebeuren in en om het huis — vaak door losliggende kleedjes, slechte verlichting of drempels.
Doel:
Het vergroten van de veiligheid in en rond de woning door risicofactoren in kaart te brengen en waar nodig aan te passen. Zo verklein je het risico op vallen en blijf je langer zelfstandig.
Duur:
6 weken, met kleine opdrachten per week (±20 minuten per dag).
Hulpmiddelen:
- Checklist valpreventie (printbaar of digitaal)
- Basismaterialen zoals antislipmatjes, plakstrips en lampjes met sensor
- Eventueel contact met ergotherapeut of lokale woningaanpassingsdienst
SCHEMA:
Omgevingscheck & Woningaanpassingen
Veilig wonen begint met het herkennen van mogelijke valrisico’s in en rond je huis. Dit programma helpt je stap voor stap om je woning veiliger te maken met kleine aanpassingen en praktische tips.
Week 1 – Risico’s in kaart brengen
Loop door huis en tuin met een checklist. Noteer losse kleedjes, snoeren, opstapjes en slechte verlichting.
Week 2 – Kleine aanpassingen binnen
Antislip onder kleedjes, snoeren wegwerken, extra verlichting bij trap en gang.
Week 3 – Badkamer & toilet
Beugels plaatsen, antislipmat in douche, goede verlichting bij toilet.
Week 4 – Trap & doorgangen
Controleer trapleuning(en), plaats waar nodig een tweede leuning of antislipstrippen.
Week 5 – Buitenomgeving
Check tuin, stoep en pad: verwijder obstakels, repareer losse tegels, plaats buitenlamp.
Week 6 – Evaluatie & vooruitblik
Bekijk wat is aangepast, wat nog gepland staat en bepaal een halfjaarlijkse check-routine.
Tips:
- Vraag familie of buren om te helpen bij grotere aanpassingen.
- Maak er een routine van om huis en tuin elk halfjaar opnieuw te controleren.
- Focus eerst op de meest risicovolle plekken zoals trap, badkamer en gang.

